Home Data & Storage Back-up is achterhaald

Back-up is achterhaald

90

Eind maart lag een groot deel van ons land plat door een van de grootste stroomstoringen in de Nederlandse geschiedenis. Een miljoen huishoudens zaten zonder stroom, treinen bleven stilstaan en bedrijven lagen stil. Deze storing duurde ruim een uur. Een heel lang uur, voor de bedrijven die machteloos moesten afwachten tot ze hun werk weer konden voortzetten. Deze stroomstoring laat zien hoezeer we afhankelijk zijn van zaken als elektriciteit, internet en IT. Dit benadrukt des te meer het belang van een plan om – in het geval van rampscenario’s – de bedrijfscontinuïteit te kunnen waarborgen.

In het geval van een grote, landelijke stroomstoring ben je als bedrijf vaak afhankelijk van de netbeheerder die het probleem moet oplossen. Maar grote IT-storingen kun je als bedrijf meestal wel opvangen. Hiervoor is het essentieel dat bedrijven een plan hebben om in het geval een storing bedrijfskritische applicaties en data snel weer online te brengen, zodat medewerkers, klanten en partners zo min mogelijk hinder ondervinden.

De heersende opvatting in het bedrijfsleven is dat het regelmatig maken van een back-up een vangnet biedt voor dergelijke storingen. Op 31 maart was het ‘World Back-up Day’, de dag die moet benadrukken dat het maken van back-ups cruciaal is om dataverlies te voorkomen. Klopt, het maken van back-ups is belangrijk. Het probleem is echter dat veel bedrijven denken dat zij de risico’s volledig hebben afgedekt, alleen omdat ze back-ups van hun data bewaren. Voor consumenten volstaat het back-uppen van data inderdaad. Voor hen is het geen groot probleem wanneer het enkele uren of dagen duurt om bijvoorbeeld foto’s, documenten of e-mails terug te halen wanneer de harde schijf is gecrasht. Voor (internationale) bedrijven is dit echter een heel ander verhaal. Medewerkers, klanten en partners verwachten dat zij altijd toegang hebben tot data en applicaties en willen geen uren moeten wachten wanneer er sprake is van een storing.

Helaas is dit in de praktijk vaak wel het geval. Zo’n 82 procent van de CIO’s gaf in recent onderzoek aan niet in staat te zijn te voldoen aan de behoefte aan continue toegang tot data en applicaties. Het kost IT-afdelingen gemiddeld 2,9 uur om een bedrijfskritische applicatie te herstellen en 8,5 uur om andere applicaties te herstellen. Bedrijven beschikken namelijk wel over een back-up, maar deze is vaak niet direct paraat. Het is tijdrovend wanneer back-ups in geval van een incident eerst opgediept moeten worden uit een extern archief voordat begonnen kan worden aan het herstel.

Ook gebeurt het vaak dat een gemaakte back-up corrupt is en niet hersteld kan worden. De CIO’s die ondervraagd werden in het eerder genoemde onderzoek gaven aan dat gemiddeld één op de zes back-ups faalt. Dit is geen verrassende uitslag, aangezien organisaties per kwartaal slechts vijf procent van hun back-ups testen op herstelbaarheid. Naast de ongemakken die medewerkers en klanten ervaren, is downtime vooral erg kostbaar. Jaarlijks kost downtime bedrijven zo’n negen miljoen euro. Dit toont aan dat alleen het maken van back-ups vandaag de dag niet meer volstaat. Bedrijven hebben geen back-up nodig, maar beschikbaarheid. Om die reden heeft Veeam op 30 maart de World Availability Day geïntroduceerd, als modern antwoord op de World Back-up Day, die in mijn ogen inmiddels gedateerd is.

Tot voor kort was continue beschikbaarheid voor veel organisaties niet haalbaar. De combinatie van technologieën, zoals virtualisatie en storage snapshots maakt het mogelijk en betaalbaar voor alle enterprise organisaties om iedere vijftien minuten een back-up te maken en alle data en applicaties binnen diezelfde tijd te herstellen. Bedrijven moeten zich dus niet langer richten op het maken van back-ups, maar op het garanderen van continue databeschikbaarheid. We leven in een 24-uurseconomie waarin we geen tijd hebben voor lange storingen en herstelwerkzaamheden. Bedrijven moeten hierin mee, en dit begint bij het faciliteren van continue toegang tot data en applicaties.

 

1 REACTIE

  1. Volgens mij mis je een belangrijk punt. Je focust op de RTO (Recovery Time Objective – de tijd die het duurt om weer een werkende omgeving te hebben), maar in praktijk is de RPO (Recovery Point Objective – hoe oud is de meest data die na het restoren van een backup beschikbaar is) minstens zo belangrijk.
    Als een bank de backup van gisteren terug zet (en dus alle transacties – denk aan pinautomaten – van de afgelopen 24 uur mist), dan is de bank per direct failliet als gevolg van imagoschade.
    Denk ook aan bedrijven en overheidsinstanties die deel uitmaken van een keten, of aan een logistiek bedrijf, die na het terugzetten van een backup weer weet wat ze gisteren in het magazijn hadden…
    Backup is altijd een laatste redmiddel – het enige dat je misschien nog kunt redden van een faillissement (als je geluk hebt).

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in