Organisaties kunnen niet meer zonder online applicaties. Thuiswerkers of mobiele medewerkers willen goed en continu kunnen werken, zonder “hick-ups”. IT moet overal en altijd (online) beschikbaar zijn.
Om te zorgen dat applicaties altijd goed en snel online benaderd kunnen worden is de plaatsing in een datacenter eigenlijk een no-brainer. Immers de stroomvoorziening, netwerken, flexibiliteit en veiligheid zijn daar het best gewaarborgd. Ook zijn de verbindingen van-en-naar het datacenter doorgaans sneller, goedkoper en stabieler. Een grote plus aangezien de afhankelijkheid van externe koppelingen en data groeit.
Maar hoe kies je nu een datacenter voor je applicatie/eigen IT? Moet je daarvoor naar de regio Amsterdam, waar de meeste datacenters zijn, of heeft elke regio goede datacenters?
Redenen voor regio-datacenters
Regionale datacenters voorzien in een duidelijke behoefte. Want waarom zou je jouw kritische IT apparatuur, waarop je hele bedrijf op leunt en steunt, in een datacenter op een paar uur rijden hebben staan? Dichtbij scheelt tijd en geld.
Ook de replicatie van data, nodig voor continue back-ups, heeft zijn beperkingen met de afstand. Synchrone replicaties, waarbij de hardware vendors nog garanties durven af te geven, hebben een maximale afstandsgrens van 80 à 100 km. Dat is dan niet de kortste afstand van locatie naar locatie, maar op basis van de afstand van het fibercircuit. Vaak worden veel veiligere marges aangehouden qua afstand.
Daarnaast fungeren regionale datacenters ook als de back-up partners voor de Amsterdamse datacenters. Industriële bedrijven en banken voor wie continuïteit essentieel is, hebben geen andere keuze dan hun apparatuur te zetten in twee geografisch gescheiden datacenters en hanteren zelfs een minimum afstand vanwege mogelijke calamiteiten. In het kader van risicospreiding is het ook beter te kiezen voor meerdere kleine centra, in plaats van het gebruik te maken van een groot datacenter.
Wie echt op zeker speelt neemt datacenterruimte af bij verschillende aanbieders. Want wat als de aanbieder van beide datacenters failliet gaat?
“Wij geloven in persoonlijke dienstverlening. Daarom bent u als klant bij ons geen nummer.” Een cliché, maar wel waar. Regionale datacenters matchen vaak beter bij bedrijven uit de regio dan grote datacenters. Daar valt immers dat ene rack in het niet, naast de partijen die tien racks of meer afnemen en wellicht ook nog eens Facebook of Google heten.
Let echter wel op dat er naast goede fysieke veiligheid ook goede procedures zijn. Strenge procedures zijn nu eenmaal nodig om de veiligheid en de kwaliteit te waarborgen. Een ISO-certificering of de aansluiting bij een branche organisatie geeft een goede indicatie van de betrouwbaarheid. Kijk voor het maken van een goede keuze ook naar de reviews op internet en uitslagen bij kwaliteits/helpdesk testen. En er vraag natuurlijk naar in je eigen netwerk.
Analyseer hoe de connectiviteit wordt gerealiseerd. Kies een “carrier neutraal” datacenter. Dit betekent dat meerdere aanbieders van connectiviteit zich in het datacenter bevinden. Je zit dan niet vast aan een provider. Dit geeft flexibiliteit, kostenvoordeel en meer redundantie.
Let hierbij wel op! Ga na of er ook meerdere fiberaanbieders aanwezig zijn. Want als alle aanbieders over één en dezelfde glasvezel binnen komen dan is er bij kabelbreuk geen redundantie meer.
De toekomst is regionaal
Amsterdam is voor het internet wat Rotterdam is als haven voor Europa. Ook hier staat Nederland zijn logistieke mannetje. “Amsterdam, the internet gateway to Europe!” Maar de logistiek houdt niet op in Amsterdam en zijn directe omgeving.
Inmiddels zijn er veel regionale datacenter-aanbieders over het hele land verspreid. De meeste regionale datacenters zijn gebouwd na de hausse van het internet. Zij bieden daardoor moderne en efficiënte koeling, een redundante en degelijke stroomvoorziening. Kwalitief doen ze niet meer onder.
Sterker nog, de infrastructuur van de regionale aanbieders is zelfs vaak nieuwer dan die van de datacenters in Amsterdam.
Samenvattend, de regionale datacenters doen niet meer onder voor de grote centrale partijen. Regionale datacenters liggen dichter bij hun afnemers en worden in de omgang met hun klanten als persoonlijker en directer ervaren. Als het gaat om continuïteit en als back-up vervullen regionale datacenters een onmisbare rol.
In de wereld van online applicaties wordt de rol van regionale datacenters de komende jaren alleen maar nog belangrijker.
Stijn Grove werkt voor Solcon Datacenters en is eigenaar van ColoAmsterdam en thePeopleCloud
