Big Data is Big Business. Daar kunnen we het over eens zijn. Op alle vlakken. Het is misschien wel de enige grondstof die op deze wereld écht in onbeperkte hoeveelheden te vinden is. En er komt steeds meer van. Doorgaans neemt de waarde van een goed af naar mate er meer van beschikbaar komt, maar voor Big Data geldt het tegenovergestelde. Hoe meer data, hoe meer het waard is. De toenemende waarde van big data begint al hier, op BlogIT, bij de journalisten en bloggers die over big data schrijven om zo lezers te trekken (dank dat u dit leest!) en daarmee advertenties te verkopen (met dank ook van de uitgever van dit blog).
Big Data betekent ook een boost voor de IT-industrie. Van consultants tot en met de EMC’s van deze wereld, die al die data keurig voor u opslaan.Toegang tot, en distributie van data is dan weer voer voor de netwerkbedrijven. En dan moet er uiteindelijk ook iets met die data gebeuren. Zie daar de opkomst van de analist. De data scientist. Hij is in staat om met software als SAS analytics (business analytics, high-performance analytics, visual analytics, you name it) big data om te zetten in inzichten, om op basis daarvan sneller en beter beslissingen te kunnen nemen. De vraag naar analisten kent – om in de analytics terminologie te blijven – een positief logaritmisch verband met de hoeveelheid data (schat ik).
De data-analist wordt sexy! We zien dat analytics dan ook overal ingezet wordt: marketeers die ons beter willen bedienen (lees: ons meer willen verkopen), banken die de risico’s beter willen kunnen inschatten (all for it!) maar ook Obama die social media analyseert op zoek naar informatie over de constituents. Ook de VN zet analytics in om beter en sneller beleidsbeslissingen te kunnen nemen, met als bron social media.
En dan komen we aan de andere spelers van het Big Data Game. U en ik. Wij produceren namelijk al deze data, met al ons gefotografeer, muziek luisteren, video uploaden en social mediagebruik. En dat alles wat we doen in de vorm van analyseerbare data vrijelijk beschikbaar komt aan derden, lijkt ons nog steeds matig te deren. Ik kan in die context de boeken Datameesters van Stephen Baker en ‘De macht van Facebook‘ van Peter Olsthoorn aanbevelen. Eye-openers, zelfs voor wie in IT werkzaam is. Bijna net zo angstaanjagend als in je Gmail advertenties bij je mail zien, die rechtstreeks te maken hebben met de mailtjes die je tien minuten eerder verzond…
Ja, ja, ik wist dat al, en u ongetwijfeld ook, maar soms is het fijn om het weer ingewreven te krijgen. Ik ben dol op een goede analyse. Maar het is net als met die voetbalpraatprogramma’s: je kunt ook teveel analyseren.
Ward van Beek is actief als zelfstandig communicatie-adviseur, vanuit zijn bedrijf GotContent? Daarvoor was hij meer dan tien jaar eigenaar en directeur van PR-bureau Whizpr
