
Het lijkt alsof de eerste twee industriële revoluties zich kenmerken door de opkomst van nieuwe energievormen: stoom eind 17e, begin 18e eeuw; en elektriciteit in de 19e eeuw. Toch ligt het genuanceerder. De revoluties kenmerken zich door een andere vorm van arbeidsorganisatie. Weliswaar mogelijk gemaakt door de nieuwe energievorm, maar het ontwrichtende zat hem in de arbeidsorganisatie. Stoom maakte het mogelijk zulke grote spinnerijmachines te maken dat ze niet meer in een huis pasten. De opkomst van fabrieken in textiel producerend Groot-Brittannië vormt de eerste industriële revolutie. Tot dan toe waren huisvlijt en landbouw de enige productiemethoden. Elektriciteit maakte kleinere machines mogelijk. Gecombineerd met de uitvinding van de lopende band door Henry Ford luidt arbeidsdeling de tweede industriële revolutie in.
Wij zitten nu, begin 21e eeuw, midden in de ontwikkeling van de derde industriële revolutie. Wederom afgemeten aan de arbeidsorganisatie. Het gebruik van computers is de aanleiding, maar de methode van werkverdeling is het ontwrichtende aspect, waardoor de samenleving op een geheel andere manier is georganiseerd dan daarvoor. Er zijn vijf argumenten die deze stelling ondersteunen.
Big data
Zonder u te willen vermoeien met de duizelingwekkende cijfers over geproduceerde en opgeslagen (ongestructureerde) data, en de aantallen processorgestuurde apparaten, is vast te stellen dat big data een eerste aanwijzing is voor de veranderende arbeidsorganisatie. We hebben het hier echt over big: in volume, variatie, groeisnelheid, en waarde. Het is moeilijk een begrip te vormen van de hoeveelheden waarover we hier schrijven; het is alsof je jezelf een beeld probeert te vormen van de grootte van het (nog steeds uitdijende) heelal.
Toch wat cijfers: meer dan vijf miljard mensen bellen, wisselen berichten uit, tweeten en internetten met hun slimme telefoon. In 2020 zijn er 450 miljard internettransacties per dag. Nu laden mensen bij YouTube acht jaar video-afspeeltijd op per dag. Dat zegt iets over volume, variatie en groeisnelheid. Maar de werkelijke invloed zit bij de waardecreatie van big data.
Door de gegevens te aggregeren en te analyseren, ontstaan compleet nieuwe producten en diensten. Denk maar aan genen-gebaseerde diagnostiek, real-time marketing, en versnelling van alle lopende ontwikkelingen. De ontdekking van het Higgs-deeltje is big data; simulaties in de gezondheidszorg en tal van andere sectoren (zoals dijkbeveiliging) is mogelijk dankzij big data.
Cloud computing
Waar laten we al die data? Inderdaad: in de cloud. Dit fenomeen maakt het mogelijk voor organisaties van welke omvang dan ook om te beschikken over software en computerkracht die voorheen was voorbehouden aan bedrijven die zich de aankoop van een dergelijk platform konden permitteren. Deze democratisering van hoogstaande informatietechnologie is een belangrijke aanjager van innovatie bij kleine en middelgrote organisaties.
De cloud is nodig om de alomvattende en razendsnelle groei van big data te herbergen. Ook vormt de cloud het platform voor het derde kenmerk van de derde industriële revolutie.
Internet der dingen
Het internet der dingen vormt het derde argument. Steeds meer machines vormen onderling informatie uit en reageren op wat om hen heen gebeurt. We zien al slimme fabrieken gebouwd worden met voorspellend onderhoud, winkels met geautomatiseerd voorraadbeheer, ‘connected cars’ en geautomatiseerde transportsystemen. Er zijn zelfs koeien die sensoren dragen waardoor de boer weet of ze ziek of bijvoorbeeld drachtig zijn. Dat zijn prachtige voorbeelden, maar luiden ze ook een industriële revolutie in?
De aantallen wijzen op een positief antwoord. Cisco verwacht dat het internet der dingen een potentiële waarde heeft van 14,4 triljoen dollar voor bedrijven en industriesectoren die hiermee weten om te gaan (Cisco: Embracing the Internet of Things; ).
Natuurlijke communicatie
We hebben het gehad over slimme telefoons en computers. De vierde drijfveer voor de derde industriële revolutie gaat over apparaten en de manier waarop mensen ze gebruiken. De nieuwe generatie apparatuur die mensen gebruiken om toegang te krijgen tot internet zal meer afgestemd zijn op de natuurlijke omgangsvormen van mensen en daardoor betere communicatievormen mogelijk maken. Bij stemcontrole, aanraakschermen, gezichtsanalyse en ‘augmented reality’ staat de gebruiker, in plaats van het apparaat, centraal bij de computerervaring.
Beveiliging en privacy
Het vijfde aspect ten slotte is de toenemende aandacht voor beveiliging en privacy. Naarmate meer mensen internet gebruiken, zullen meer criminelen zich daarnaar begeven. Nu al is cybermisdaad – geschat op 1 triljoen dollar jaarlijks – het dubbele van wat in de drugswereld omgaat. De ontwikkeling van technieken en methoden die de cybercrime weten tegen te gaan en privacy weten te waarborgen, is kritiek bij de totstandkoming van de derde industriële revolutie.
Andere werkvormen
De snelle communicatievormen, en creatie en analyse van grote hoeveelheden data, maken andere werkvormen mogelijk. Van centrale, op arbeidsdeling ingestelde productie naar lokale, op samenwerking ingestelde productie. Met 3D printers hoeven onderdelen niet meer centraal in een fabriek te worden gemaakt, maar kan de monteur lokaal, ter plekke, het bewuste onderdeel printen. Ook bij de energievoorziening zien we een verschuiving van grootschalige centrale opwekking naar buurten of wijken die gezamenlijk via een windmolen of met zonnecollectoren energie maken. We zien nu al dat gezondheidszorg, maakindustrie, transport, financiële systemen wijzigen. Slimme fabrieken, slimme energienetwerken en slimme steden, aan het internet verbonden systemen en sensoren maken het leven voor mensen aangenamer, beter en goedkoper.
Op persoonlijk niveau is het bijvoorbeeld dankzij de ontrafeling van het menselijk genoom mogelijk geïndividualiseerde therapieën te vormen. Overigens zal de derde industriële revolutie zich sneller voltrekken dan de voorgaande, juist vanwege computers met al hun mogelijkheden. Het kunnen simuleren van mogelijke oplossingen brengt een enorme versnelling in de uiteindelijke productie of toepassing. Aangezien Intel-producten in het overgrote deel van deze apparatuur het hart vormt, is het bedrijf betrokken bij al deze vijf geconstateerde verschuivingen.
Anne Mieke Driessen is binnen Intel Nederland verantwoordelijk voor het business development bij grootzakelijk eindklanten.
Anne Mieke, leuk artikel en heerlijk om te lezen, zo lees ik ze graag, ongeacht of ik het waar vind of er mee eens ben.
Net als Alexander Klopping een heerlijk programma heeft gemaakt bij de DWDD Universiteit. De feiten werden af en toe een beetje verdraait, maar wat maakt het uit, dat waren de details, het gaat om de visie erachter.
Ik ben het overigens eens dat we in een industriële revolutie zitten en vooral dat deze eigenlijk pas net begonnen is en het hoogtepunt nog moet komen.
“Wederom afgemeten aan de arbeidsorganisatie.” , deze snap ik echter niet helemaal. Als ik sec kijk naar de manier van werken zie ik eigenlijk zeer weinig verschil met 20 jaar geleden. Als de organisatie van arbeid voor een revolutie zorgt, moet deze dan nog echt beginnen. We hebben nog steeds grote bedrijven met grote kantoren, we sturen nog steeds op input, uren en dat we thuis kunnen werken is een gimmick, fundamenteel is het niet veel anders dan dat iemand op kantoor gezeten had.
Ik denk dat het ontwrichtende zit in de grotere trend van het digitaliseren met internet als centraal exponent.
Dat we nog aan het begin zitten van de revolutie en dat dit vooral nog het voorspel is leidt ik af aan de volgende dingen:
– We snappen nog nauwelijks iets van A.I.
– We kunnen nog heel weinig met stemherkenning
– We kunnen nog heel weinig met beeldherkenning
– We hebben een vage notie van de werking van hersenen maar hanteren nog steeds geen nieuwe fundamentele principes in onze computers die nog steeds op oude architectuur berusten.
We voelen alleen dat ie eraan komt, maar het wat en hoe is nog steeds duister.
De trend van 3D printen lijkt weer een iets wat juist de digitale trend tegengaat, maar de nadruk ligt op lijkt, want het fundament van 3D printen ligt weer in het digitale. Eigenlijk lijkt het een beetje op de “teleport” uit Star Trek. Je kunt een fysiek object van Singapore naar hier verplaatsen door middel van digitaal.
Maar goed, heerlijke materie waar ik het liefst de hele dag mee bezig zou willen zijn.
Dank voor het inspiratie momentje 🙂
Dag Anne Mieke,
Heerlijk artikel, inderdaad. Lijkt alsof ik terug in de schoolbanken zit (Innovatie management, TU Eindhoven, 1992). Daar kwamen we tot aan de 2de revolutie. Mooi dat je nu de derde schetst. We zijn immers ook al 20 jaar verder.
En ja, deze revoluties zijn technologie ondersteund, maar hebben inderdaad een groot arbeidsorganisatorisch gevolg! Document- & datasharing en locatie onafhankelijk werken zijn slechts enkele uitingsvormen.
Ik ben van mening dat cloudcomputing hier nog een veel grotere schep bovenop doet door een kanteling van economische businessmodellen te faciliteren. Platter gezegd, organisaties stellen hun core processen open voor klant en partners om efficient samen te werken. En dat in een gezamenlijke omgeving (de cloud).
Internet ondersteunde collaboration. Tja, ga dan de arbeidsrelaties maar eens managen. Een hele uitdaging in de stabilisatiefase die altijd volgt na een revolutie / paradigma shift.
Zoals je weet duurt die gelukkig vele malen langer dan de revolutie zelf, dus we hebben nog even.