Home Innovatie & Strategie Circulaire IT om klimaatdoelstelling te halen

Circulaire IT om klimaatdoelstelling te halen

180

De klimaattop in Parijs is afgesloten met de doelstelling om de opwarming van de aarde zoveel mogelijk te beperken tot niet meer dan 1,5 graad Celsius, met name door de CO2-uitstoot te beperken. Zonder mij te willen mengen in de discussie tussen klimaatsceptici, – optimisten en –pessimisten, denk ik dat dit met recht een historisch resultaat genoemd mag worden. Vrijwel alle landen hebben de bereidheid uitgesproken om serieus werk te maken van het verkleinen van het effect van onze menselijke activiteiten op het leefmilieu. De IT- sector kan in mijn ogen een bijdrage leveren aan deze doelstelling door de principes van de circulaire economie te omarmen.

 Als ik de discussies in Parijs enigszins heb begrepen zijn de meeste wetenschappers het erover eens dat de opwarming van de aarde met name het gevolg is van een te hoge uitstoot van CO2. Die hoge uitstoot zou dan het gevolg zijn van de grootschalige verbranding van fossiele bronnen die op dit moment nodig is om te voldoen aan de steeds maar groeiende behoefte aan energie. Om die uitstoot tegen te gaan wordt er ingezet op het opvangen van CO2 dat vrijkomt bij de verbranding (bijvoorbeeld in de vorm van allerlei filters in auto’s en vliegtuigen). Verder wordt er stevig geïnvesteerd in een versnelde overgang van energie uit fossiele brandstoffen naar schonere varianten als wind-, water- en zonne-energie. Omdat dit alles onvoldoende zal zijn is het vooral van belang dat nagedacht wordt over manieren om het energieverbruik te beperken.

Meer dataopslag, meer energieverbruik
In de klimaatdiscussie is de IT-sector van belang. Door het digitale karakter van een groot deel van onze basismaterialen (software en content) verbruikt de sector – in verhouding tot de omzet – relatief weinig grondstoffen. Daar staat tegenover dat de servers, werkstations en andere devices wel gebruikmaken van tamelijk zeldzame materialen, met name voor de benodigde chips en elektrische circuits, en vooral veel energie verbruiken. We slaan steeds meer data op en bouwen daarvoor steeds meer datacenters met grote serverparken. De groei van opslag leidt tot een forse groei van het energieverbruik. Er wordt wel geëxperimenteerd met het hergebruik van de warmte die vrijkomt in een datacenter, bijvoorbeeld voor stadsverwarming of het opwekken van nieuwe energie. Toch is dat niet voldoende om nu al te kunnen spreken van klimaat neutrale datacenters en zeker niet van klimaat neutrale IT apparatuur. In mijn ogen zou een volgende stap gezet kunnen worden door datacenterdiensten af te nemen volgens de principes van de circulaire economie.

Principes van de circulaire economie
Heel in het kort gaat het in de circulaire economie om een systeem waarin alle grondstoffen (waaronder energie) waarde houden en hergebruikt kunnen worden. Alle reststoffen zouden waarde moeten hebben en ingezet kunnen worden, hetzij in de vorm van recycling, hetzij als grondstof voor een ander proces. Het hergebruik van de warmte van een datacenter als bron voor nieuwe energie is een mooi voorbeeld van een circulair proces.

Dat klinkt natuurlijk allemaal mooi, maar de praktijk blijkt toch weerbarstig te zijn. De theorie van de circulaire economie wordt gehinderd door de economische en juridische werkelijkheid die vooral lineair is. De eigenaar van een goed bepaalt wat hij er mee doet. Hergebruik kan kosten met zich brengen en vereist investeringen in kennis. In ons huidige economische systeem ontbreekt vaak de prikkel om deze investeringen te plegen.

Circulaire IT
Dit kan makkelijk geïllustreerd worden aan de hand van de huidige inrichting van datacenters. Door principes als IAAS wordt het gebruik van grondstoffen al teruggedrongen. Niet meer allemaal je eigen server, maar zoveel mogelijk delen. Op het gebied van energie is daarvan echter nog geen sprake. De datacenters rekenen de energiekosten gewoon door aan de klant. De datacenterleverancier kan zich er op beroepen dat het energieverbruik in belangrijke mate afhangt van het ontwerp van de gebruikte apparatuur en dat heeft hij niet in de hand. De leverancier van de apparatuur heeft op zijn beurt geen prikkel om zich werkelijk te bekommeren om energie efficiëntie. Het netto resultaat van het huidige systeem is dan ook dat onvoldoende wordt ingezet op het terugdringen van energieverbruik.

De afnemer is aan zet
Het is in mijn ogen aan de afnemers van datacenterdiensten om hier verandering in aan te brengen. Als zij van het datacenter eisen dat energiekosten onderdeel uitmaken van de maandelijkse vaste prijs (en dus niet meer afhankelijk zijn van inkoopkosten en werkelijk verbruik) is het aan het datacenter om er voor te zorgen dat de gebruikte apparatuur werkelijk energiezuinig wordt. De contracten voor datacenterdiensten moeten op dit punt dus worden aangepast.

De grote datacenters hebben voldoende inkoopmacht om de producenten van de apparatuur te dwingen tot betere ontwerpen. Vanuit milieuperspectief zou het nog beter zijn als het datacenter wordt geëxploiteerd door de producent van de apparatuur. De prikkel om efficiënt om te gaan met energie en grondstoffen komt dan maximaal te liggen bij degene die er werkelijk iets aan kan doen.

Maar goed, zover zijn we nog niet. Eerst maar eens datacenterdiensten op de nieuwe manier inkopen en contracteren.

Patrick Wit is ICT-recht advocaat en partner bij het Amsterdamse advocatenkantoor Kennedy Van der Laan

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in