Home Architectuur Enterprise Architectuur: van potjeslatijn tot wetenschap?

Enterprise Architectuur: van potjeslatijn tot wetenschap?

113

’s Morgens als ICT-deskundige onderzoek doen in een rechtszaak, ’s middags zelf een BPM-project leiden met een in eigen beheer ontwikkeld group support systeem, ’s avonds college geven over procesmanagement en bij thuiskomst zestig e-mails lezen en beantwoorden. Wat is het leukste deel van de dag om over te bloggen?
Op deze dag is dat verrassend genoeg de e-mail en in het bijzonder één van de discussies waarin je als CC-lezer soms ongevraagd betrokken wordt, waarbij je jezelf bij elke nieuwe e-mail afvraagt of je de gemoederen zult sussen, afzijdig zal blijven of juist nog wat olie op het vuur moet gooien?

Één van die CC’s bevatte een verhitte discussie over Enterprise Architectuur,  waarin krachttermen als ‘potjeslatijn’, ‘kwakzalver’ en ‘gestrekt been’ niet werden geschuwd. Feitelijk was de vraag – kort samengevat – of het Nederlands Architectuur Forum (NAF) in haar voorlichting slechts één bepaalde methode mag promoten of dat zij ook andere methoden in de vergelijking zou moeten betrekken?

Maar deze vraag werd door een stof- of mistwolk eigenlijk niet beantwoord in de daarop volgende twaalf e-mails. Zoals in rechtszaken wel eens wordt gezegd: ‘If you can not convince them, confuse them!’ De discussie verlegde zich ondertussen naar het standpunt dat de ene methode beter is dan de andere – vergelijkbaar met het liedje van Van Kooten & De Bie ‘mijn God is beter dan de jouwe’. Ofwel Enterprise Architectuur is een kwestie van geloof, waarbij iedereen recht heeft op zijn of haar ware geloof, waarover niet valt te twisten.

De poging om Enterprise Architectuur ( EA) te zien als wetenschap waarin plaats is voor een onderbouwde vergelijking van methodieken, werd afgedaan als academisch en potjeslatijn. Immers, de klant weet het beste welke EA aanpak goed voor hem of haar is en bovendien heeft de klant altijd gelijk. Aan de andere kant – indachtig de opmerking van Henry Ford, dat als hij echt naar zijn klanten had geluisterd hij snellere paarden had gefokt in plaats zich toe te leggen op de automobiel – is de klant niet per definitie de maatstaf voor de beste methode.

Kortom: het zijn eigenlijk best interessante uitspraken om samen met u als blog-lezer met affiniteit voor EA verder uit te diepen door het poneren van de volgende stelling: Enterprise Architectuur moet zich ontwikkelen van potjeslatijn tot wetenschap.

Ik ben benieuwd naar uw reacties, al was het maar om te ervaren of een blog een meer geschikt medium is voor het voeren van een discussie dan e-mail.

prof. lec. dr. Hans Mulder

12 REACTIES

  1. Beste Hans,

    Wat mij betreft zou het minder over methodieken moeten gaan en veel meer over de vraag: Wat is de werkelijke waarde van architectuur of wat is de werkelijke waarde van een architect?

    Ik werk graag samen met een architect die in het begin van een project met me meedenkt over de best passende oplossing voor een klantvraag of klantwens. Ik hecht veel waarde aan het advies van de architect.

    Maar ik hecht er ook veel waarde aan dat de architect verantwoordelijkheid neemt voor zijn advies en als het een keer in een project bij de uitwerking van zijn advies/oplossing minder goed uitpakt dat de architect dan ook klaarstaat om (opnieuw) mee te denken over alternatieven. Mijn ervaring is dat de meeste architecten het eerste (meedenken in het begin) wel leuk vinden en graag doen en het tweede (bij tegenslag in de uitwerking van hun advies ook verantwoordelijkheid nemen of paraat staan) minder graag doen.

    Bij dit tweede deel, daar kan architectuur / de architect volgens mij nog heel veel waarde toevoegen…

    Vriendelijke groet,
    Leon Dohmen

  2. Hans,

    Zoals de stelling is geformuleerd is mijn antwoord: Nee, EA moet geen wetenschap worden. Want als het een wetenschap is, is het niet meer voor de praktijk. En voor mij staat voorop dat EA in de dagelijkse praktijk van enterprises gebruikt moet worden. Wetenschap gebruiken om de onderbouwing en eigenschappen als bruikbaarheid en toepasbaarheid te onderzoeken en aan te tonen, zijn daarbij zeer nodig. Methodieken wetenschappelijk te gaan vergelijken in de zin dat de een beter is dan de ander leidt alleen tot het door jou beschreven gedrag. Het aandachtsgebied van enterprises heeft ook zoveel aspecten dat de idee dat er een methodiek zou zijn die het beste is en waarmee je dus “alles” aan kan, niet realistisch is, dat is het zoeken naar de silver bullet die per definitie niet bestaat. Het gaat er dus om dat we de wetenschap gebruiken om aan te tonen met welke (bestaande en nog te ontdekken) methodiek welk probleem aangepakt kan worden. Daarbij kunnen we methodieken in twee categorie√´n verdelen: methodieken die de werking beschrijven en methodieken die het gedrag beschrijven. Het is makkelijker om wetenschappelijk gefundeerde uitspraken te doen over methodieken over de werking dan over methodieken over het gedrag. Maar beide soorten methodieken zijn nodig en vullen elkaar aan om ons begrip over enterprises vooruit te helpen. En daarmee de problemen waarmee enterprises geconfronteerd worden, aan te pakken.
    Want bedenk: alleen naar de werking kijken zal leiden tot een revival van het scientific management en alleen naar het gedrag kijken zal leiden tot revival van de grote Franse methodoloog Claude Maraan!

  3. Ha Hans,

    Nee, EA moet zich niet ontwikkelen tot wetenschap.

    Daarbij krijg ik hetzelfde gevoel als het hele informatielandschap van mijn werkgever vastleggen in Archimate. Het kost een enorme inspanning en als je kijkt wat het uiteindelijk opbrengt dan valt het toch weer tegen. Als er iets fout gegaan is en je vraagt jezelf af of een goede Archimate vastlegging dit voorkomen zou hebben dan is het antwoord bijna altijd negatief. Niet altijd is formeler beter.

    We hebben niet voldoende wetenschappers om voor alle bedrijven (van enige omvang) EA’s te maken. Bovendien kunnen we ze beter gebruiken. Mensen met een wetenschappelijke opleiding zijn wel vaak goede architecten nadat ze wat bijgeleerd hebben over communicatie en omgang met mensen. Maar dan worden ze vaak weer duur. Niet altijd zijn zeer intelligente mensen beter.

    Eén van de belangrijke eigenschappen van een EA is dat je hem moet kunnen uitleggen aan alle stakeholders. De meesten van hen zijn zakenmensen die geen kaas hebben gegeten van ICT. We komen dan al snel tot de conclusie dat een EA geen wetenschappelijke insteek moet hebben maar juist een eenvoudige insteek. Ik had het er op BlogIT al eerder over: het is juist de taak van de architect zaken begrijpelijk te maken. Niet altijd is gedetailleerder beter.

    Ik ben blij met de conclusie dat goede EA’s nog niet op een eenduidige en wetenschappelijke manier worden opgesteld. Gebleken is namelijk dat veel van deze EA’s het uitstekend doen in de praktijk. En daar kunnen we ze op afrekenen. Het is namelijk niet het beschouwelijke niveau dat een goede van een slechte onderscheidt maar juist datgene dat ermee bereikt wordt. Want goed werkend is altijd beter.

    Groetjes,

    Hans

  4. Beste Leon, Niek en Hans,

    Helemaal eens met jullie reacties en dat brengt die stand op 3-0
    Met name de meerwaarde van Enterprise Architectuur; wat kun je ermee? is van groot belang
    Begrjipelijkheid richting medewerkers en management is daarbij uiteraard een voorwaarde.
    Toch zou ik de stelling EA moet zich ontwikkelen tot wetenschap willen verdedigen zodat de stand op 3-1 komt
    Een van de argumenten voor een wetenschappelijke onderbouwing van EA is dat deze juist kan bijdragen tot een beter begrip van de enterprise en daarmee de ontwerpmogelijkheden inzichtelijk kan maken en juist dat levert in de praktijk een meerwaarde.

    Nogmaals bedankt

    Hans

    Met vriendelijke groet,

    Hans

  5. Hooggeleerde Hans,

    Een van de eigenaren van deze blogsite vroeg mij als autoriteit op het gebied van architectuur en twee hoogleraarschappen achter de rug hebbend, commentaar te geven op deze knuppel in het hoenderhok

    Het feit dat architecten in de digitale wereld over elkaar spreken met ‘krachttermen’ is wellicht een symptoom dat het vakgebied volwassen begint te worden. In de fysieke architectuur is dat al heel lang aan de gang. Toen het Guggenheim-museum up town in New York ontworpen door Frank Lloyd Wright werd gebouwd, meende een bekende architectuurrecensist in de New York Times zijn harde kritiek te moeten uitten onder het kopje ‘Frank Lloyd Wrong’. Trouwens FLLW stak zijn kritiek over Le Corbusier ook niet onder stoelen of banken: ‘Over elk gebouw dat hij ontworpen heeft, schreef hij vervolgens 10 dikke boekwerken’. En de mijns inziens terechte kritiek op de hedendaagse architect Santiago Calatrava is ook best pittig.

    Als geestelijk vader van het NAF (ruim 10 jaar geleden verbijzonderd uit het LAC) wil ik onderstrepen dat het NAF bedoeld is als een community van architecten waarin vele stromingen vertegenwoordigd kunnen zijn. Het NAF-bestuur kan en mag daarom officieel geen voorkeur uitspreken.

    Het valt mij trouwens op dat de academische wereld steeds minder aandacht schenkt aan digitale architectuur gezien het aantal docenten dat nog daadwerkelijk onderzoek verricht op dat terrein. Toch wel vreemd voor een cruciale baan die zelfs na extreme offshoring nog in Nederland zal achterblijven.
    Ik zou het ook wenselijk achten als hooggeleerde uitspraken over businessarchitectuur alleen worden gedaan door hoogleraren die echt verstand hebben van de business, dus wellicht uit Nyenrode of de Rotterdam School of Management (EUR). Dat komt wat realistischer over.

    NB: Het zou blogger’s niet misstaan slechts te bloggen over onderwerpen waar zij verstand van hebben, anders wordt zo’n blogrubriek helemaal een kakelend kippenhok. Dus Hans: ‘schoenmaker blijf bij je leest!’.

    PS: Enterprise architectuur is een bombastische Amerikaanse slecht-gedefinieerd term die beter vermeden kan worden.

    Daan.

  6. Beste Daan,

    Dank je voor jouw reactie. Ik werd daarop door een van onze onderzoekers gewezen. Ik kan het alleen maar eens zijn met jouw constatering dat businessarchitectuur een plaats moet hebben op management schools. Om die reden heeft de Antwerp Management School al jaren een Enterprise en IT-architectuur programma, waaraan ik verbonden mag zijn, voor managers. Wellicht zou je het leuk vinden om daarin eens een gastcollege te verzorgen om jouw visie te geven? Bijkomend voordeel is dat Antwerp Management School een samenwerking heeft met de TUDelft, zodat de colleges ook in Nederland worden verzorgd.

    Nogmaals dank voor jouw reactie,

    Hans

  7. Het valt mij nogal tegen hoe er door zogenaamd weldenkende mensen over wetenschap en academisch onderzoek wordt gesproken.
    Alleen maar stereotypen. Heb je wel eens geprobeerd samen te werken met een universiteit? Ik probeer al jaren vanuit verschillende universiteiten samen te werken met het bedrijfsleven. Als dat lukt vaak tot veel genoegen van beide partijen. Met de vooroordelen die ik op dit blog zie gaat het in ieder geval niet lukken om tot een vruchtbare samenwerking te komen.

  8. Michel,

    Ik heb lang in het bedrijfsleven gezeten, daarnaast heb ik twee hoogleraarschappen achter de rug.

    Er is heel veel te onderzoeken, zeker op architectuurgebied. Ik zou graag willen dat de HO-instellingen daar meer tijd en geld in zouden stoppen. Maar op een of andere manier weet het HO vaak onderzoeksonderwerpen te kiezen die nauwelijks bedrijfsrelevant zijn. Daarom is er weinig interesse bij het bedrijfsleven om tijd en geld te besteden aan onderzoek bij HO’s. Tenzij ze dat weer via subsidiepotjes bij de overheid kunnen terughalen.

    Voorts heeft een HO, zeker als het gaat om promotieonderzoeken aan universiteiten, behoefte aan een lange-termijn-relatie en wil het bedrijfsleven uit rendementsoverwegingen slechts een korte-termijn-relatie. Dat verschil moet het HO zien op te lossen.

    Groet,
    Daan (oud hoogleraar)

  9. Hans,

    Ik ben van mening dat ‘wetenschappelijke onderbouwing’ biedt waar iedereen (in het dagelijks leven) naar op zoek is: “Feitelijk bewijs” dat dingen daadwerkelijk de dingen zijn of doen waarvan het is beloofd of is gezegd dat ze het zijn of doen. Ongeacht het voorbeeld wil iedereen zekerheid dat keuzes die men maakt ook zullen opleveren wat wijzelf graag willen/ na streven of bedoelden toen we de keuze maakte.

    Kijkend naar Enterprise Architectuur (EA) denk ik dat – gezien een EA aan alle stakeholders moet kunnen worden uitgelegd (‘zakenmensen die geen kaas hebben gegeten van ICT’) – juist die stakeholders op zoek zijn naar die zekerheid dat de keuzes die zij vanuit de business moeten maken ook de juiste blijken voor (specifieke) belang dat zij vertegenwoordigen.

    EA kan dus wel te moeilijk en complex zijn voor niet ICT mensen, maar de business kan veel beter besluiten nemen op basis van (begrijpelijk geformuleerd) feitelijk bewijs. En dat is ook wat we willen, met EA ondersteunen we de business in haar specifieke belangen en EA besluiten moeten dus met zekerheid opleveren wat we in de business willen.
    Daarmee acht ik dus wetenschappelijke onderbouwing (of wetenschap over EA) eerder essentieel voor de EA: uiteindelijk moet het en kan het leiden tot betere integratie- en standaardisatie van eisen die we stellen (vanuit de business) aan het ontwerp, de ontwikkeling van en bestuur van een Enterprise IT landschap waarmee we de business ondersteunen.

    Gr,
    Mischa

  10. Dank je Misha,

    Jouw bijdrage aan de boig brengt de teller oo 3-3 ofwel Enterprise Architectuur moet zich ontwikkelen tot wetenschap,

    Hans

  11. Dank je Mischa,

    Jouw bijdrage aan de blog brengt de teller op 3-3 ofwel Enterprise Architectuur moet zich ontwikkelen tot wetenschap,

    Hans

  12. 🙂 het aantal reacties neemt – mede door het ontbreken van een correctiemogelijkheid op de Blog – sneller toe, dan het aantal stemmen voor de stelling over Enterprise Architectuur.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in