Home Data & Storage It’s the network, stupid!

It’s the network, stupid!

289

In 1995 publiceerde Maurice de Hond zijn bestseller Dankzij de snelheid van het licht. Grote hoeveelheden big data verzenden tussen datacenters “At The Speed of Light” was toen nog een visioen, vandaag realiteit.
Ondernemers die bedrijfssoftware en zakelijke diensten zoals Skype for Business in de cloud willen laten draaien, en wie wil dat niet tegenwoordig, heeft de netwerkprestaties nodig die daarbij passen. Maar de vaktermen waarmee netwerkjongens strooien zijn zelfs voor CIO’s soms moeilijk te duiden. Wat wordt nu precies bedoeld met latency, throughput en round trip time? Meten is weten. Welkom in de ronkende wereld van SmokePing.
“De overheid investeert vooral in de economie van gisteren”, zo fulmineerde De Hond twintig jaar geleden al. “Investeer niet in de Betuwelijn, maar in glasvezel”, zo schreeuwde hij van de daken. Met hulp van de overheid zou 80 procent van de Nederlanders in 2003 al over glasvezel kunnen beschikken, zo voorspelde de rasoptimist.

Voorspellen blijft lastig. Anno 2015 is de landelijke penetratiegraad van glasvezel 32 procent. Slechts 11 procent van alle Nederlandse huishoudens maakt daadwerkelijk gebruik van glasvezel. Opmerkelijk, omdat inmiddels wel bij zo’n 2,5 miljoen huishoudens de stoeptegels zijn gelicht om die beruchte “last mile” te overbruggen. Ook het aansluiten van bedrijfsterreinen op glasvezel vindt slechts mondjesmaat plaats. Aan ons heeft het in ieder geval niet gelegen. Wij zijn inmiddels eigenaar en operator van het grootste platform voor clouddiensten van Europa dat meer dan 67.000 kilometer glasvezel telt. Dit netwerk neemt bovendien inmiddels 40 procent van Europa’s internetverkeer voor zijn rekening.

De kritiek op de Nederlandse overheid is sinds 1995 niet verstomd. Integendeel. Onlangs luidde de PO-Raad nog de noodklok. Naar schatting 900.000 leerlingen in het primair onderwijs, waaronder mijn dochters, dreigen de komende jaren de dupe te worden van gebrekkig (lees: traag) internet op hun basisschool. Latency matters, niet alleen op school, onderweg, thuis op de bank, maar zeker ook op het werk. De flitshandel in aandelen, bekend als high-frequency trading, is het meest extreme en aansprekende voorbeeld in dit verband. Maar ook eigenaren van webshops weten hoe belangrijk een lage latency is. Kortom: latency matters, het is niet voor niets ons bedrijfsmantra. En een mantra kun je niet vaak genoeg herhalen.

Low latency, high throughput
In het cloudtijdperk draait alles om “low latency” en “high throughput”. Er bestaat een keiharde correlatie tussen de prestaties in de cloud en de netwerkprestaties. Een cijfervoorbeeld werpt licht op de zaak. Dankzij glasvezel kunnen we data met de snelheid van het licht transporteren tussen verschillende zones. Toegegeven, ten opzichte van een vacuüm gaat er een derde van de snelheid verloren, maar de snelheid van 5 microseconden per kilometer glasvezelkabel blijft indrukwekkend. De reactietijd tussen het versturen en het ontvangen van de bevestiging van data wordt in de praktijk aangegeven als de round trip time en wordt verdubbeld en weergegeven in milliseconden. Als we weten dat de afstand tussen Londen en New York 5.500 kilometer bedraagt, kunnen we uitrekenen dat de latency 55.000 microseconden is, oftewel 55 milliseconden. De werkelijke vertragingstijd ligt in de praktijk hoger vanwege conversies, hardware en foutcorrecties. Volgens een vuistregel ontwikkeld door twee ingenieurs van Google bedraagt de latency tussen Californië en Nederland 150 milliseconden. Een ander ervaringsfeit is dat de responstijd voor een webserver maximaal 200 milliseconden, oftewel 0,2 seconde mag bedragen. Laat de respons langer op zich wachten, dan begint het beeld van de videoverbinding al te haperen, of heeft de online klant in de webshop al doorgeklikt. De meeste cloud providers bieden throughput rates van 300 Mbit/s. Deel de megabits door acht om ze tot megabytes te herleiden. Tot zover de theorie.

Shoppen loont
The proof of the pudding is in the eating. Uit een recent vergelijkingsonderzoek van Cloud Spectator blijkt dat het loont om te shoppen tussen verschillende cloud providers. De verschillen in latency en throughput rates, gemeten op de transatlantische route en binnen Europa, bedragen soms wel honderden procenten. Zo levert Interoute VDC op de transatlantische route bijvoorbeeld 1,1 Gbit/s throughput en dat is 96 procent beter dan Amazon AWS, 141 procent beter dan Rackspace en 195 procent beter dan Microsoft Azure. Verder kunnen we in het analistenrapport lezen dat een latency van 6 milliseconde tussen de datacenters in Londen en Amsterdam tegenwoordig gangbaar is. SmokePing leert ons nog dat de round trip time tussen virtuele machines tussen London en New York 68 milliseconden bedraagt. Getest met iPerf en de TCP Ping. Waarvan akte. Afnemers van clouddiensten zal het worst wezen. Voor hen zijn de SLA’s heilig. CIO’s die hun huiswerk serieus nemen en het naadje van de kous willen weten, raadplegen de datasheets die de meeste cloud providers kosteloos publiceren.

Conclusie: het netwerk kan de cloud maken of breken. Eindeloos investeren in CPU’s, snellere processoren, meer RAM-geheugen, flash storage, betere algoritmes en software heeft niet zoveel zin. Uiteindelijk bepaalt het netwerk voor een groot gedeelte de prestaties van de cloud provider en de klantervaring. Kies daarom voor een cloud provider met een eigen netwerk. Waarom draait Salesforce zo traag? It’s the network, stupid! Latency matters, Maurice de Hond wist dat 20 jaar geleden al…

Martijn ten Kate, country manager bij Interoute

1 REACTIE

  1. I do not even know the way I stopped up right here,
    but I assumed this post used to be good. I don’t realize
    who you’re however certainly you are going to a well-known blogger in case
    you are not already 😉 Cheers!

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in