Moet ik kiezen voor een zelfgebouwde oplossing of schaf ik een standaard softwareproduct aan? Het is een discussie die regelmatig opspeelt. Het beeld is doorgaans dat standaard software lage aanschaf- en onderhoudskosten heeft en dat de producten goed doorontwikkeld en getest zijn. Bij maatwerk wordt een softwarepakket volledig op maat ontwikkeld voor een bepaalde bedrijfstoepassing. Groot voordeel is dat het bedrijfsproces voor 100 procent wordt ondersteund. Maatwerk heeft daarentegen weer de reputatie dat het ontwikkelen veel tijd in beslag neemt en dus duur is. Vervolgens ben je zelf verantwoordelijk voor het onderhoud, wat arbeidsintensief en dus ook duur is.
In de jaren ’70 en ’80 waren maatwerkoplossingen vooral populair. Logisch, want de standaardoplossingen bestonden nog niet en moesten dus nog gemaakt worden door de softwarehuizen. Door de grote hoeveelheid maatwerk dat toen is gedaan, is de IT-techniek sindsdien goed doorontwikkeld. Daarom zijn er nu zoveel goede standaard software oplossingen beschikbaar.
Oude wereld
Laatst las ik het nieuws dat software falen leidt tot een schadepost van 1,6 miljard euro. Dit kwam op mij over als nieuws uit de oude wereld. De IT-markt heeft wereldwijd zo’n enorme groei meegemaakt en de technologie is zo volwassen geworden, dat er geen slechte software meer is. Zoals Marc Benioff zei op Dreamforce, het grootste tech-event in San Fransisco, is IT een commodity geworden. Net als je voor energie betaalt, is er sprake van ‘betalen naar gebruik’ voor software. IT is nu laagdrempelig, gemakkelijk in het gebruik en zeer stabiel. Als projecten mislukken, dan ligt dat niet aan slechte software. Het ligt vrijwel altijd aan de organisatie of de processen.
Cloud maatwerk
Als je het nu over maatwerk hebt, dan betekent dit niet meer hetzelfde als vroeger. Nu betekent het vaak een aanpassing binnen een standaard oplossing. Een organisatie doet er in dit cloud computing tijdperk sowieso verstandig aan geen software meer in huis te halen die specifiek voor de organisatie ontwikkeld hoeft te worden. Eerst leg je met een standaard oplossing de juiste basis. Dan kijk je op welke manier je de gekochte basisonderdelen kunt aanpassen aan de wensen en eisen van de gebruikers in de organisatie. Tegenwoordig leveren veel leveranciers niet meer zozeer software, maar platformen die gebruikers naar believen in kunnen richten. Met een platform heb je een flexibele ontwikkelomgeving, waarbij de aandacht kan worden gericht op het bouwen van vereiste functionaliteiten. Je hoeft niet zelf meer na te denken over inrichten van de infrastructuur en zaken als het beheren van een database, servers, veiligheid, gebruikersbeheer en -toegang en opslag. Dat wordt allemaal geregeld door de cloud dienstverlener.
Ervaringen delen
Naast het platform-denken is multi-tenancy een belangrijke ontwikkeling. Dit is vooral in zwang geraakt door de opkomst van cloud computing. Hierbij draait de software op een server, gebruiken meerdere klanten dezelfde toepassingen en delen zij een infrastructuur. Met speciale configuratie-instellingen en bedrijfs- en gebruikers gebaseerde toegang worden bedrijfsprocessen gepersonaliseerd en gegevens beschermd. Een groot voordeel is dat andere klanten dezelfde software ook gebruiken en je snel praktijkervaringen kunt delen om bedrijfsprocessen te verbeteren. Een goed standaard software pakket kun je 1-op-1 inzetten bij andere klanten, die daar direct hun voordeel mee doen. En de processen zijn zo goed geworden, dat de software optimaal presteert. Een cloud computing dienstverlener is nu eenmaal erg snel out-of-business als de prestaties achterblijven.
Ton van der Meer, CEO en oprichter van CRMWaypoint
