
‘Drie’ wordt algemeen erkend als het kleinste getal dat ons in staat stelt een patroon in een reeks te onthouden. Denk maar aan de makelaarsmantra ‘locatie, locatie, locatie’ of ‘mensen, processen en technologie’ als pijlers van cybersecurity. Maar wat heeft dit te maken met hoe moderne bedrijven zouden moeten draaien? Organisaties staan onder onophoudelijke druk om sneller beslissingen te nemen, sneller hun werk te doen en, nog belangrijker, snel te kunnen schakelen als dat nodig is. Tegelijkertijd hebben de afgelopen anderhalf jaar aangetoond dat het noodzakelijk is om ‘digital first’ te denken om klaar te zijn voor de toekomst en veerkrachtiger te worden dan ooit tevoren.
Onder deze druk zijn IT-infrastructuur en dataopslag in het middelpunt gekomen. De IT-top van organisaties realiseert zich dat wendbare, schaalbare en ‘onzichtbare’ datadiensten de drie(!) belangrijkste pijlers zijn voor een concurrerende bedrijfsvoering, terwijl ze er tegelijkertijd voor zorgen dat ze kunnen innoveren en automatiseren met de snelheid die klanten vragen. En dat alles op de infrastructuur die het bedrijf kiest.
Waarom zijn juist de volgende drie pijlers van fundamenteel belang voor elk bedrijf dat zich wil positioneren als een modern en datagedreven organisatie?
1. Een wendbare (data)mindset
Agility, of wendbaarheid, wordt vaak geassocieerd met digitale transformatie en wordt al snel het symbool van een bedrijf dat vooroploopt op het gebied van innovatie. Toch is het belangrijk dat bedrijven de verleiding weerstaan om niet te gaan rennen voordat ze kunnen lopen. Maar al te vaak is ‘agile excellence’ al een slogan in de directiekamer, nog voordat men zich realiseert dat de infrastructuur er niet is om die ‘excellence’ waar te maken.
Inzicht in de manier waarop datasopslag kan worden aangepast aan moderne applicaties en tegelijkertijd de toegang, provisionering en het beheer kan waarborgen, is een indicator voor bedrijfsflexibiliteit. Bedrijven zouden zich moeten richten op platforms die de snelheid en elasticiteit van de cloud combineren met de performance en betrouwbaarheid van hardware om innovatieve toepassingen te voeden en om belangrijke beslissers realtime op de hoogte te houden met accurate inzichten.
2. Schaalbaarheid als groeipartner
Nu het vermogen om bedrijfsapplicaties snel te ontwikkelen en te integreren een belangrijk commercieel strijdperk wordt, kan de IT-top zich geen problemen met schaalbaarheid of provisioning veroorloven. Een datagestuurde business van vandaag zou zich uitsluitend moeten richten op IT-resultaten, gesteund door vertrouwen in een geautomatiseerde, schaalbare infrastructuur.
Bovendien blijkt uit voorspellingen van IDC dat 80% van de wereldwijde data in 2025 ongestructureerd zal zijn. Daarom moet enterprise storage zich ontwikkelen tot een cloud-achtig operationeel model dat organisaties de flexibiliteit biedt om hun data snel en schaalbaar op te slaan, ongeacht waar die data zich bevinden.
Als een vorm van best practice zou de IT-top moeten kijken naar platforms die verschillende arrays kunnen verenigen en opslagpools op verzoek kunnen optimaliseren. Waarom? Gebruikers kunnen snel volumes, bestandssystemen en geavanceerde dataservices zoals replicatie gebruiken zonder te hoeven wachten op handmatig back-end werk, waardoor prestaties, dichtheid en databeschikbaarheid op een hoger niveau worden getild.
3. Een volkomen onzichtbare IT-omgeving
Het is nu 2022, maar voor veel IT-leiders kunnen de operaties nog steeds vastzitten in de jaren negentig. Zelfs nu de nadruk op technologie verschuift van dienstverlening naar het leveren van waarde, blijkt uit onderzoek dat meer dan de helft (55%) van het IT-budget wordt besteed aan het in stand houden van de bedrijfsvoering, terwijl slechts 19% gaat naar het bouwen van innovatieve nieuwe mogelijkheden.
Vandaag de dag heeft digitale transformatie het punt bereikt waarop de invloed van IT bijna onmerkbaar zou moeten zijn. Nu de wereld steeds virtueler wordt, zou de infrastructuur van een organisatie geautomatiseerd moeten zijn en naadloos moeten werken, zonder tussenkomst. Nu de druk om gegevens te beheren, op te slaan en te beschermen toeneemt, helpt de cloud de definitie van moderne infrastructuur te evolueren. Niet langer een fysieke ‘doos’ in een datacenter die onderhoud, monitoring en interventie vereist, maar IT kan nu infrastructuur consumeren, beheren en updaten in een hands-off, software-first omgeving.
Klaar voor de toekomst
Als bedrijven uit de pandemie willen komen als marktleider en niet als achterblijver, dan is het noodzakelijk dat hun IT-landschap is gebaseerd op wendbaarheid, schaalbaarheid en onzichtbaarheid. De juiste opslagplatforms stellen deze bedrijven in staat te bewegen met de snelheid die klanten eisen, met vertrouwen in hun self-service IT, zodat ze zich kunnen richten op het leveren van slimme inzichten in data op de infrastructuur die ze kiezen. Dat is het kenmerk van een modern bedrijf en het signaal om ‘klaar voor de toekomst’ te zijn.
Marco Bal, Principal Systems Engineer, Pure Storage