Soms is de voortgang van een software implementatie te vertellen als een roman. Net als de gerechtelijke procedure die erop volgt. Deze geschiedenis start in 2004. Een bloemen- en plantenhandelaar (“Ondernemer”) actief op de veiling in Aalsmeer en een internationale IT leverancier (“SAP”) voeren dan een IT overeenkomst uit. Kern van de deal is, dat SAP een nieuw, standaard ERP systeem zal implementeren bij Ondernemer ter ondersteuning van haar logistieke en administratieve processen.
De eerste poging escaleert, en partijen sluiten een vaststellingsovereenkomst waarbij SAP een ander systeem-template gaat inzetten. De vaststelling bepaalt onder meer, dat SAP eindverantwoordelijk wordt. Ook komen partijen een fixed fee overeen voor de implementatie, alsmede voor het onderhoud (voor vijf jaar).
Ook poging twee mislukt. Idem voor poging drie met weer een ander systeem-template.
Een saillant detail: het project wordt gedurende poging drie een half jaar bevroren in 2008. SAP wekte namelijk de indruk, dat de fixed fee afspraak toch geen fixed fee afspraak was. In die fase onderzoekt Ondernemer – met behulp van externe deskundigen – of een ‘alternatieve’ doorstart haalbaar is. De conclusie luidt echter “nee”. De geraamde schade voor Ondernemer loopt inmiddels in de miljoenen. We leven dan begin 2009.
Ondernemer spant in mei 2009 een bodemprocedure aan tegen SAP bij de rechtbank Amsterdam, waarin zij onder meer schade vordert wegens wanprestatie. Ondernemer ondersteunt haar claim met een uitvoerig deskundigenrapport, waarin kort gezegd wordt geconcludeerd, dat SAP geen geschikt systeem voor Ondernemer heeft weten te ontwikkelen.
De rechtbank komt al snel met een eindvonnis (voor de kenners: al na de comparitie van partijen na conclusie van antwoord). De rechtbank oordeelt, dat er geen sprake is van verzuim aan de kant van SAP en wijst de claim af. De rechtbank overweegt: “Ondernemer stelt dat sprake is van een blijvende onmogelijkheid van nakoming aan de kant van SAP. De rechtbank verwerpt deze stelling. Ook indien met Ondernemer zou worden aangenomen dat het Systeem ondeugdelijk is, heeft deze onvoldoende onderbouwd, dat de tekortkoming van blijvende aard is.”
Ondernemer is het hier niet mee eens en gaat van de uitspraak in beroep bij het hof in Amsterdam. Het hof wijst in februari dit jaar een eerste tussenarrest.
Het hof oordeelt dat Ondernemer over de periode dat het project gedurende poging drie was bevroren, gerechtigd is haar extra kosten op SAP te verhalen. Het hof volgt Ondernemer in haar stelling dat SAP de suggestie had gewekt de fixed fee afspraak niet meer te willen nakomen, maar het hof vindt ook dat SAP dit later weer herroept.
Voorts besluit het hof tot het gelasten van een deskundige, die moet onderzoeken of levering van het systeem blijvend onmogelijk is. Het hof overweegt als volgt: “het hof is van oordeel dat in het onderhavige geval van blijvende onmogelijkheid kan worden gesproken indien komt vast te staan dat met de basisstructuur in het geheel geen redelijk werkbaar systeem voor de bedrijfsvoering van Ondernemer valt te bereiken. SAP heeft niet betoogd dat zij zou kunnen nakomen door het systeem alsnog fundamenteel te wijzigen, maar zij heeft zich integendeel steeds op het standpunt gesteld dat het te implementeren systeem deugdelijk was. Uit haar stellingen kan niet worden afgeleid dat zij, als haar een termijn zou zijn gesteld, iets anders zou hebben gedaan dan het verder afbouwen van het systeem op de bestaande basis. Indien het systeem in de basis ondeugdelijk mocht blijken in de hiervoor bedoelde zin, zou onder die omstandigheden een eventueel beroep van SAP op het niet absolute karakter van de mogelijkheid naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar moeten worden geacht.”
Op dit moment start het onderzoek van de gerechtelijk deskundige. De verwachting is dat de deskundige medio februari 2013 met zijn rapport komt. Daarna zal het hof zich nog over de juridische merites, zoals contractuele aspecten van deze kwestie, gaan buigen. Wordt na bijna 9 jaar nog steeds vervolgd, dus.
Menno Weij is partner bij SOLV advocaten, gespecialiseerd in Technologie, Media en Communicatie
Eindelijk eens een juridisch artikel met naam en rugnummer. Er lijkt nooit wat te veranderen in de samenwerking met SAP. Ik herinner me de implementatie bij ENCI, nu al jaren geleden. Uiteindelijk herkenden medewerkers hun eigen bedrijf niet meer terug – alles omgegooid om de implementatie (enigzins) mogelijk te maken. En de kosten? Betaald / geleden door de klant…
ALs vanouds weer een degelijk relaas van Menno. En een mooie weergave van de eeuwige strijd tussen de rigide procesinrichting van een ERP pakket en de weerbarstige werkelijkheid van het bedrijfsproces van de opdrachtgever. M.i. heeft SAP in deze case een onderzoeksplicht die zij niet of onvoldoende hebben gerealiseerd.