De belofte van het Internet of Things (IoT) wordt met de dag groter. Uit recent nationaal onderzoek naar de status van IoT in ons land blijkt dat een op de drie organisaties met 100 of meer medewerkers het verbinden van dingen aan het internet op de agenda heeft staan. Dankzij toenemende connectiviteit van apparaten, slimme sensoren en de groeiende stroom waardevolle informatie die dat oplevert, ontstaan nieuwe mogelijkheden. Tegelijkertijd blijkt uit hetzelfde onderzoek dat IoT vooral ingezet wordt om processen te optimaliseren en bestaande dienstverlening te verbeteren. Hoe staat het dan met die veelbesproken disruptieve nieuwe verdienmodellen dankzij IoT?
Ons onderzoek vertelt dat er nog maar weinig organisaties zijn die zelf nieuwe verdienmodellen denken te realiseren met hun huidige IoT-initiatieven. Slechts 10% van de respondenten heeft dit doel voor ogen. Of moet ik zeggen, maar liefst 10% van de organisaties is bezig met de ontwikkeling van nieuwe verdienmodellen op basis van IoT? Begint het glas vol te lopen of is het nog zo goed als leeg?
Meer kansen dan ontwrichting
Wat nog het meeste opvalt, is dat weinig organisaties zich zorgen maken om de ontwikkeling van nieuwe verdienmodellen in hun sector (of daarbuiten). In plaats van ontwrichting waarbij bestaande bedrijven negatieve effecten kunnen ondervinden, zien Nederlandse organisaties vooral kansen voor de eigen organisatie. Dankzij het IoT kunnen ze vooral nieuwe producten en diensten ontwikkelen, de klant beter bedienen en processen efficienter maken. Hoewel deze breed gedragen constructieve houding uiteraard positief is, kun je je ook afvragen of hier sprake is van een gebrek aan gevoel voor urgentie. Als een ontwrichtende nieuwkomer zich aandient, zullen veel bedrijven eerst door een ontkenningsfase gaan. Daarmee loop je het risico snel achter de feiten aan te lopen.
Al dan niet volwaardige IoT-toepassingen
Dat er vooralsnog weinig verwachtingen zijn op het vlak van nieuwe verdienmodellen, kan ook liggen aan de status van de huidige IoT-oplossingen. Nog maar weinig toepassingen zijn volwassen. Een volwaardige IoT-oplossing is in staat zowel informatie uit te lezen, op afstand te besturen als met gegeven algoritmes zonder tussenkomst van mensen te handelen op basis van de vergaarde informatie. 12% van de organisaties komt tot dit volwaardige niveau van IoT-oplossingen. Het grootste probleem daarbij zit hem in de snelheid van technologische ontwikkelingen. Het is voor veel organisaties moeilijk inzicht te krijgen in wat nu eigenlijk de mogelijkheden zijn. Dan ga je niet over een nacht ijs. Een IoT-oplossing moet niet alleen wendbaar zijn, maar ook lang mee gaan. Veel langer dan het gemiddelde IT-project.
Geen inzicht in ROI
Onbekend maakt onbemind. Dat is ook van toepassing op de ontwikkeling van nieuwe verdienmodellen met IoT. 19% van de respondenten uit ons onderzoek geeft aan dat het nog onduidelijk is wat een IoT-project op kan leveren. Dat zal zeker ook gelden voor projecten die nieuwe verdienmodellen moeten realiseren. Dat vraagt uiteraard om risico’s nemen. Daar blinken wij Nederlanders niet echt in uit. Daar waar IoT-oplossingen nu ook nog vaak op het bordje van de IT-afdeling liggen, zal het ook helpen wanneer marketeers zich actiever gaan inzetten voor het verbinden van dingen aan het internet. Dat zal ongetwijfeld ook een kwestie van tijd zijn.
Bedrijven die in het onderzoek aangeven wel nieuwe verdienmodellen na te streven, verwachten binnen vijf jaar 16% additionele omzet te realiseren dankzij de inzet van IoT. Dat lijkt wellicht wat weinig ambitieus voor een periode van vijf jaar. Maar goed, hoe meer schapen over de dam, hoe meer er zullen volgen. En wie weet, leidt meer disruptie ook tot meer urgentie. Dus laten we het erop houden, dat het glas aardig vol begint te lopen…
Jorik Abspoel, VP Strategic Development bij IT-dienstverlener Sogeti