Recent kreeg ik op enkele dagen tijd twee bijzonder interessante rapporten van bekende analisten binnen over de storage markt. Een markt die me zeer interesseert, omdat ik die voor mijn klant EMC van zeer nabij volg. Vreemd genoeg spraken beide rapporten elkaar grondig tegen. Volgens de ene analist zou er tegen 2017 een tekort aan opslag zijn, volgens het andere rapport was de markt voor opslagsystemen aan het ineenstorten. Maar gek genoeg voeden deze beide rapporten dezelfde theorie, namelijk dat software steeds belangrijker wordt, ook op een terrein als dat van data-opslag.
Rapport nummer één dat ik onder ogen kreeg was van Gartner. In hun “Predicts 2015: Managing ‘Data Lakes’ or Unprecendented Enormity” luidt een van de Strategic Planning Assumptions als volgt: “By 2017, the drive makers will be challenged to provide sufficient petabytes to satisfy the world’s hunger for storage.” Volgens Gartner geven bedrijven aan dat de vraag naar informatieopslag door gebruikers jaarlijks met 80% toeneemt. Zelfs als je in aanmerking neemt dat er heel veel data onnodig (soms meerdere malen) bewaard worden, is er nog een jaarlijkse aangroei van data van liefst 35%. Daar tegenover staat dat de opslagleveranciers heel voorzichtig zijn in het toevoegen van capaciteit en mikken op een jaarlijkse groei van ongeveer 20%. Tegen 2017 zal dat dus tot een tekort leiden. Kleine voetnoot: vorig jaar maakte Gartner deze zelfde voorspelling, maar dan tegen 2016. De wereld kreeg dus een jaartje extra respijt.
Het tweede rapport dat mijn aandacht trok, kwam van het al even gerenommeerde onderzoeksinstituut IDC, en waarover ik een artikel las op de onvolprezen site van The Register. Uit IDC’s ‘quarterly tracker’ van de markt voor externe opslag, moet blijken dat de groei zo goed als aan het stilvallen is in sommige segmenten van die markt. Het verleidde ‘El Reg’ zoals ze zichzelf graag noemen tot de uitspraak dat de gouden eeuw van de storage verkopers voorbij is. Je zou je toch afvragen waar alle bedrijven die aangroeiende stroom aan informatie dan wel opslaan? In wastrommeltjes misschien?
Ik neig er naar om in beide rapporten dezelfde tendens te zien: de gouden tijd van hardware is misschien inderdaad aan het tanen. Bedrijven weten maar al te goed dat ze momenteel veel te veel data nutteloos opslaan. Vaak is dezelfde informatie op vijf verschillende plekken identiek beschikbaar. Vandaar ook de tendens om alle beschikbare informatie op één plek samen te brengen, in een zogeheten ‘Enterprise Data Lake’ waar zowel gestructureerde, semi-gestructureerde en ongestructureerde data samen een plek vinden om tot de laatste bit geanalyseerd te worden om het beslissingsproces te ondersteunen. Als alles op één plek staat, is het geheel ook makkelijker te beheren en heb je aan één exemplaar van alles voldoende. Een tendens naar efficiëntie die ook ondersteund wordt door de technologie van Server SAN, die data virtueel samenbrengt.
De trend dat software belangrijker wordt, is al een tijdje bezig, en de meeste storage leveranciers hebben daar al hun conclusies uit getrokken. Zij zetten een steeds groter stuk van hun R&D-dollars in op de ontwikkeling van software die data opslag efficiënter moet maken en die het hele data center een kleinere voetafdruk moet geven. Niet voor niets zei VMware CEO Pat Gelsinger eerder dit jaar: “Software eats the datacentre.”
José Delameilleure, directeur van het IT Marketing & Communications departement van Across Technology
