Home Data & Storage Zuinigere datacenters zorgen voor meer vervuiling

Zuinigere datacenters zorgen voor meer vervuiling

235

In de datacenterwereld is de PUE (Power Usage Efficiency) een belangrijk thema. Aan alle kanten proberen betrokkenen – leveranciers van apparatuur en datacenter-operators – de energie-efficiëntie van datacenters continu te optimaliseren. Uiteindelijk doel: een PUE-cijfer van 1, wat betekent dat alle energie die het datacenter gebruikt, ten goede komt van de computercapaciteit en niet aan overige zaken als koeling, noodstroomvoorzieningen en verlichting.

Deze focus op PUE is begrijpelijk. Hoe efficiënter het stroomverbruik, hoe lager de stroomrekening. Daarnaast is een lage PUE ook belangrijk voor het milieu. Hoe lager het cijfer, hoe minder CO2-uitstoot. Vooral leveranciers schermen met PUE omdat het een ‘groen’ kleurtje geeft en dat slaat aan. De datacentergebruikers maken hier graag gebruik van omdat het stroomverbruik in de regel naar verbruik afgerekend wordt. Bovendien nemen veel datacentergebruikers deze getallen graag op in hun eigen duurzaamheidsuitingen en CO2-uitstootrapportages.

Toch houd ik mijn twijfels over PUE. Mijn grootste bezwaar is dat de technische levensduur van al die spullen die de PUE laag houden, geen rol speelt. Die is veel langer dan de economische levensduur. Om mee te blijven doen in de race naar een PUE van 1 zijn voortdurende investeringen nodig. Apparatuur wordt zo veel eerder vervangen dan technisch nodig is. Iedere innovatie die de PUE net weer wat verlaagt, wordt aangeschaft. Kijkend naar de totale milieubelasting, ziet het plaatje er dan heel anders uit. Want apparatuur sneller afschrijven dan nodig is, is niet bepaald duurzaam te noemen. Wie wil er zijn computerapparatuur nu nog plaatsen in een datacenter van vijf jaar oud met een iets hogere PUE in plaats van een pas gebouwd datacenter met de laatste technologieën? De commerciële, en daarmee de economische, levenscyclus van het datacenter neemt hierdoor zienderogen af.

Overboord
Kijk bijvoorbeeld naar Google, dat claimt in vier jaar de gemiddelde PUE over alle datacenters van 1.21 naar 1.16 te hebben gebracht. Ik ben benieuwd hoeveel goede datacenterapparatuur hiervoor vroegtijdig overboord gezet is. Daarom bepleit ik een andere benadering. Noemt het een ‘crade-to-cradle’ PUE (C2C-PUE). Kijk niet alleen naar het actuele verbruik, maar neem ook alle kosten en milieubelasting van vervanging van alle apparatuur mee in de PUE. Dat is wel zo realistisch. Neem dan ook de periode (vaak de eerste jaren en de laatste jaren) mee waarin de PUE-factor hoger is omdat het datacenter dan niet geheel gevuld is. Bij verlenging van de levensduur van het datacenter is deze ’leegloopperiode‘ relatief gezien korter. Het zou zo kunnen zijn dat een iets ouder datacenter in een keer een veel betere C2C-PUE heeft dan het datacenter met de beste ’marketing PUE‘-factor.

Léon van den Bogaert, is directeur Innovatie bij Ctac

 

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in